In ons bericht over MyCSN GEO kon u al lezen dat de Hogeschool PXL betrokken is bij het project. Hun expertise met beleidsplannen en softwaremodellen rond onder meer de CO2-opslag, waterretentie en fijnstofcaptatie van bomen helpt ons om relevante gegevens te verzamelen, te standaardiseren en te combineren.
Lector Groenmanagement en onderzoeker bij PXL Bio-Research Sam Ottoy vertelt wat zijn hogeschool kan invullen: “We hebben een adviserende rol en gaan samen met steden, gemeenten en MyCSN na welke data nuttig zijn. We gaan ook aanbevelen op welke manier men vlot data kan verzamelen en hoe ze aan internationale standaarden voldoen. Daarnaast zorgen we ook voor een deel van de terreinvalidatie van de databank. We gaan bijvoorbeeld na hoe AI-algoritmes bomen en hun eigenschappen correct kunnen herkennen en meten. Lokale besturen en groendiensten hebben erg veel aan volledige gegevens over hun groeninfrastructuur. Het leidt tot geoptimaliseerde omgevingsplannen, een effectief onderhoud en een aangepast beheer.”
Digitalisatie als tool voor een gericht bomenbeleid
Sam Ottoy is vooral tevreden wanneer het draagvlak voor meer bomen toeneemt: “We kunnen het omgaan met bomen op openbaar domein samenvatten in twee aspecten. Het eerste is preventie, laten we behouden wat we al hebben. Grotere, volgroeide bomen kunnen immers meer CO2 vasthouden of fijn stof filteren dan kleinere exemplaren. Daarom is het dus belangrijk dat bomen ook in steden oud kunnen worden. Steden en gemeenten willen in dat kader meer informatie voor controle en handhaving, daar kan een toepassing als MyCSN GEO zeker bij helpen. We zien ook steeds vaker dat men bij wegenwerken een preventieplan opstelt om schade aan het groen te minimaliseren.”
Standplaatsverbetering is een zeer specifiek onderzoeksveld en wij helpen mee om hierover de gegevens aan te bieden.
Zieke bomen op grote schaal opsporen
“Een belangrijk onderdeel van preventie is het nauwgezet opvolgen van de gezondheid van bomen en hun standplaats”, zegt Sam Ottoy. “We kunnen vanuit de lucht bijvoorbeeld nagaan welke bomen gezond zijn of niet. Wat er precies aan de hand is met elke boom, zien we nog niet, wel kunnen we aangeven waar men best actie neemt. Door sneller en gerichter in te grijpen, kunnen we veel zieke bomen redden. Zeker in steden is dat van belang. Een stedelijke omgeving is niet altijd vriendelijk voor bomen. Vooral de bodem moeten we goed bekijken. Er is vaak te veel druk op het wortelgestel van de boom, soms bevat de bodem niet voldoende of net te veel voedingsstoffen, is de bodem verontreinigd of is het beschikbare bodemvolume te beperkt. Standplaatsverbetering is een zeer specifiek onderzoeksveld en wij helpen mee om hierover de gegevens aan te bieden.”
"Er bestaat echt wel iets als een optimale plek voor elke nieuwe boom, dat kunnen we berekenen."
Sam Ottoy
De ideale plek voor elke boom
Ten tweede is ook de uitbreiding van belang, want er komen nieuwe bomen bij. Het Lokaal energie- en klimaatpact (LEKP) van de Vlaamse overheid mikt onder meer op ruim zes miljoen extra bomen tegen 2030. Sam Ottoy: “Er bestaat echt wel iets als een optimale plek voor elke nieuwe boom, dat kunnen we berekenen. Het zijn om te beginnen plaatsen waar bomen oud kunnen worden en waar ze het maximum van hun ecosysteemdiensten kunnen leveren aan de bewoners. Deze potentiële locaties ondersteunen groenambtenaren in hun beslissingsproces en helpen om een lokaal draagvlak te creëren.”
Dat is een goede zaak, want ons bomenbestand biedt voordelen. Het lijstje aan pluspunten -ecosysteemdiensten in het jargon- is lang. Bomen nemen CO2 op, hebben een verkoelend vermogen, filteren fijn stof, vangen water op en velen vinden het aangenaam om hun vrije tijd tussen of onder bomen door te brengen. Daarnaast hebben ze ook een belangrijke ecologische functie als stapsteen voor stedelijke natuur. Allemaal elementen die een positief effect hebben op de leefbaarheid en de woonkwaliteit van onze omgeving.